Hersentumor
Laaggradig glioom
Jaarlijks zijn er zo’n 600 kinderen per jaar die te maken krijgen met kanker. Wat een rot woord… Ik merk aan mezelf dat ik dit woord altijd vermijd. Wij hebben het over ‘de tumor’ of als we het met Charlotte over de tumor hebben dan noemen we het ‘boefjes’.
Van de 600 kinderen die jaarlijks met kanker te maken krijgen, zijn zo’n 120 kinderen met hersentumoren. Hersentumoren kun je onderverdelen in verschillende categorieën.
- Laaggradige gliomen, circa 40 kinderen per jaar.
- Hooggradige gliomen, circa 35 kinderen per jaar
- Medulloblastoom, circa 20 kinderen per jaar
- Ependymoom, circa 10-15 kinderen per jaar
- Kiemceltumor, circa 12-15 kinderen per jaar
Charlotte heeft een laaggradige glioom genaamd pilocytair astrocytoom. Een pilocytair astrocytoom is een glioom soort dat traag groeit, deze noemen we laaggradig. Laaggradige gliomen kunnen overal voorkomen in de hersenen. Bij kinderen treedt deze tumor vaker op in de kleine hersenen en ook in het beloop van de oogzenuw. Soms treden uitzaaiingen van deze hersentumoren op.
Bij Charlotte zit de tumor tussen de kleine hersenen en de hersenstam. Op de afbeelding hiernaast zie je de plek van de kleine hersenen. Het stammetje dat hieraan vast zit, is de hersenstam. Zonder de hersenstam kunnen de hersenen niet functioneren.
De reden dat de chirurg bij Charlotte niet meer tumorweefsel kan weghalen, is dan ook omdat hij bang is om dan schade te creëren aan de hersenstam, met alle gevolgen van dien.
Tijdens een operatie kunnen de chirurgen namelijk moeilijk het verschil zien tussen het goede weefsel en het tumorweefsel. Aan iedere operatie zitten dus veel nadelen. Bij Charlotte is bij de eerste operatie NAH (Niet aangeboren hersenletsel) ontstaan. Hierover lees je meer op de andere pagina. Bij de tweede operatie is ook een verlamming aan haar gezichtje ontstaan.

Symptomen zijn lastig te omschrijven en zijn voor ieder kind anders. Het ligt namelijk aan de plek in de hersenen waar de tumor zich bevind. Ook de grootte van de tumor speelt een rol.
Wanneer een hersentumor in of bij de kleine hersenen ligt (zoals bij Charlotte) kunnen problemen met het evenwicht ontstaan. Kinderen plaatsen de benen wijder uit elkaar bij het lopen en hebben de neiging om te vallen. Ook de coördinatie van de bewegingen kan dan verstoord zijn. Vaak zijn dit tekenen dat er neurologisch iets aan de hand is.
Bij Charlotte was dit ook het geval. Ze draaide haar voetje naar binnen waardoor ze vaak struikelde over haar eigen voetjes. Hierdoor is ze ook gevallen op de bewuste avond in juli 2019.
Bron en meer info: hersentumoren.nl/hersentumor/kinderen